21 – Varkentje wassen

Je kunt het foto album van deze week openen door op 1 van de foto’s te klikken.
.
En dan is daar de zon. Het ene moment worden we bijkans depressief van de regen, het volgende moment jubelen we in de zon. Heerlijk bijna de hele week droog en zonnig. Dat doet een mens goed. Het is wel een beesten week deze week. En niet alleen maar leuk en gezellig. Voor degenen met een zwakke maag, vegetarische overtuigingen of anderszins gevoelige wezens: ge zijt gewaarschuwd. Eerst is daar Equin. De hond van de buren. Gezworen vijand van Dartan. Ze kunnen elkaar niet luchten of zien. En het is geheid vechten als ze te dicht bij elkaar komen. Gelukkig blijven ze ieder op hun eigen terrein. Dat hebben ze al heel goed ingeschat. Af en toe is er een stare-down op afstand. Maar Equin is ziek en wordt naar de dierenarts gebracht. Er blijkt een tumor aan de milt te groeien en die is gaan bloeden. Het beestje is al 12 jaar maar ze besluiten om hem te laten opereren. Zoiets was 20 jaar geleden ondenkbaar. Dan was het dier met een gerichte tik of een schot naar de eeuwige jachtvelden gezonden. De operatie lijkt erg geslaagd en een paar dagen later loopt Equin alweer rond of er niks gebeurd is.
Helaas vergaat het niet met alle dieren zo. Het is namelijk de tijd van het jaar dat er varkens geslacht worden en deze week gebeurt dat hier. Helaas zijn ook nu weer sommige dieren meer gelijk dan andere. In dit verhaal echter moeten de varkens het ontgelden.
Sinds heugenis hebben de buren hier ook varkens gehouden en geslacht. Ook wij hebben tot 15 jaar geleden nog een varken hier geadopteerd voor de slacht. Maar ze worden oud en slachten nu nog 1 varken per jaar dat ook nog eens niet eens zelf opgefokt wordt. Dinsdag tussen de middag wordt het arme beest gebracht door een naburige boer. Dezelfde boer waar Dartan ook vandaan komt. Daarover later meer. Een speciale slachteenheid is aangerukt voor het zware werk. Ik wacht binnen om de daad van het doden niet mee te hoeven maken. Het gaat snel en humaan. Ik weet dat, maar toch wil ik het niet zien. Want dan zou ik het alsnog proberen te redden en bij de ezels op stal zetten. In ons vorige huis hadden we eens een ratten plaag. Op een dag vond ik 6 dode ratten in de toiletpot. Daarna was ik elke keer bang dat ik een rat in doodsnood zou treffen. Dan zou ik hem zeker gered hebben en ergens uit gezet. Misschien wel tam gemaakt en mee uit wandelen genomen.
Dat slachten van dat varken is hier een jaarlijks gebeuren en elk jaar help ik dan ook mee. Op dag 1 wordt het beest geslacht, twee dagen later, wanneer hij leeg gehaald is en uitgehangen, dan helpt er opnieuw een hele ploeg om de boel te verwerken tot worst en paté. Dan is er tussen de middag ook een heel groot diner. Eigenlijk is het een feest. Elk jaar denken we inmiddels dat het de laatste keer geweest is want het is meer een dingetje van Roger van 91. Maar elk jaar is hij weer fit genoeg om het hele geval van begin tot het bittere einde door te werken.
De eerste dag, na al het grove werk, wordt er ook bloedworst gemaakt. Ik heb er een beetje traditie van gemaakt om dat samen met Roger te doen. En eigenlijk maar om één reden. Om iets wat bijna niemand anders durft. Namelijk de gekookte brei van vet, kraakbeen en ander onduidbaar materiaal, dat gemengd is met rauw bloed te proeven. Proeven of er nog wat zout, peper of andere kruiden door moet. Met het bloed op de tanden smakken we dan tegen elkaar op. Nog een beetje zout. Weer proeven. Nog een klein beetje peper. En elk jaar weer dezelfde discussie dat ik het pittiger wil dan zij. Het is een traditie waar ik erg gesteld op ben geraakt en ondanks dat het een paar hele zware dagen zijn, hoop ik dat het niet de laatste keer is geweest. Uiteraard hoop ik voor alle dieren dat vlees eten ooit tot het verleden gaat behoren.
Al een tijdje was ik van plan geweest om bij een schapenboer in de buurt te gaan kijken en helpen. Nu mijn leven op zijn kop staat wil ik misschien wel boeren knecht worden of zoiets. Yves is ook ergens verre familie van onze buren. Zijn vader was een neef van Roger. Zijn vader liep altijd met de schapen en heel vaak tijdens het wandelen kwam ik hem tegen met de kudde en dan bleef ik gezellig wat kletsen. Op een dag had hij een fantastisch lief hondje erbij. Een kortharige border. Zo lief! Nou, daar kon ik er wel een van krijgen hoor. Ik probeerde geen reactie te geven. Geen ja en geen nee. Want ja natuurlijk wilde ik wel een hond erbij en nee, we hebben er al 3. Lang verhaal kort, op een dag, bijna een jaar later belt hij me op. Er zijn pups, wil je er één? Tja toen was ik verkocht. Pups die geen thuis vinden worden gewoon afgemaakt en zo heb ik Dartan min of meer gered. Die ouwe heeft nog een paar jaar gehoed. Werd fysiek snel slechter en heeft zichzelf vorig jaar, na een ziekenhuis opname, met een geweerschot gedood. Heel triest en heel moedig. Heel naar voor zijn zoon natuurlijk. En dus vind ik het ook leuk om Yves af en toe te gaan helpen met de schapen. Door de avondklok kan ik er in de avond uren niet naartoe en dus voor vrijdag ochtend afgesproken. Ik kon meteen aan de slag met voeren. En tja toen bleek er een schaap met twee lammeren te zijn waarvan er één niet bij de moeder mocht drinken. Je voelt het al aankomen. Voorheen zou hij zo’n lam bij iemand onder brengen die het dan met de hand verder opvoedt. Maar die iemand is er niet meer. Dus tja de natuur… zo is het nu eenmaal… moeilijk… moeilijk…  Mijn hersens begonnen weer overuren te draaien. NEEEE! natuurlijk wil ik die taak en die verantwoordelijkheid niet aan. En dan nog praktisch: Waar laat je zo’n beestje? En JAAAA! Natuurlijk wil ik die taak en die verantwoordelijkheid op me nemen. We vinden wel een plekje. Net toen ik in de grootste twijfel van, nou ja niet mijn leven maar wel een grote twijfel stond, zagen we dat het kleintje tóch bij de moeder ging drinken. Pffffff, dat was close! Was ik bijna moeder van een lammetje geworden.

5 gedachten over “21 – Varkentje wassen

  1. Je wordt vadt nog een echte boerin 😂😂 fantastisch! Zulke belevenissen kunnen alleen maar op het platteland. Kids in mijn klas kennen dat niet meer! Toch wat heimwee! 😉

  2. Het is maar goed dat je veel beleeft a la campagne. Stof om te schrijven genoeg..hihi.ik zie t voor me jij met bloed op je tanden, brr ik ril al bij de gedachte. Nu weet ik ook waarom ik geen bloedworst eet. …

  3. jullie berichten zijn steeds weer verrassend. Wat staan wij toch ver van de natuur af hier in de grote stad. Wij kopen een stukje voorverpakt varkensvlees bij de super en we denken verder nergens bij na. het verhaal en de mooie foto’s geven een mooi inzicht, hoe het er bij jullie op het Franse platteland aan toe gaat.
    Als ik de enorme stapel worst en vlees zie, dan maak ik mij geen zorgen, jullie komen de winter wel door.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *