96 – Hekjes en Pompjes

Ik ben al enige tijd aan het lobbyen voor de planten die we hier in het begin gezet hebben. Van ons oude huis had ik toch nog een hoop lavendels en rozemarijn mee genomen en vervolgens heb ik die samen met nog wat planten langs de rand van de ezelweide gezet. Geheel en al niet overwogen. Gewoon hup in de grond, niet meer over nadenken. Was toen nog geen probleem want alles was nog piepjong en helemaal kaal. Het stond meteen een beetje aangekleed.
.
Maar in de loop van de afgelopen twee jaar is alles gaan groeien. Niet alleen de planten die ik meenam maar ook de brandnetels en ander tuig. Ik heb er nog een mispelboompjejeje bij gezet en een paar canna wortels in de grond gelegd. Geheel spontaan is er nog een onbekende boomsoort gaan groeien en er was ook nog wel plek voor een oleander die ik gestekt van een moederplant nog uit Nederland heb. Je zou zomaar denken dat ik groene vingers heb. Het hele zaakje staat echter voor een draadje électrique dat de scheidslijn tussen de ezelweide en de rest van de wereld moet aangeven. In principe vooral voor de ezels. Maar inmiddels krijg ik de indruk dat al die planten ook een beetje angstig worden van dat elektrische draadje waar ze langzaam tegen aan groeien. Het klinkt misschien wat zweverig maar sinds aangetoond is dat wijnranken het goed doen op klassieke muziek, zou het me niet verbazen dat de dreiging van elektrocutie best remmend werkt. Als ik goed luister hoor ik ze piepen en kermen van angst. Misschien een fytomorfische gedachte gedachte van mij maar de neiging om de planten te beschermen werd steeds groter en aldus vond ik dat er een hek moest komen waar ze rustig tegenaan kunnen groeien.
.
En daarmee begon dus ook mijn lobby want in  mijn eentje krijg ik dat niet voor elkaar. Daar heb ik toch echt Theo bij nodig. Ik schaam me er niet voor. Maar ik moest hem wel zover krijgen dat hij net als ik de noodzaak voor dat hekwerk zag. Het lobbyen werd zeuren. Het zeuren werd drammen. Het drammen werd jammeren. Net zo lang tot die noodzaak dan ook bij Theo doordrong al was het maar om van mijn gezeur af te zijn. Kijk, dat is ook een tactiek. Wat ook helpt is dat ik dan zelf wat stuntelig begin om wat onhandig aan te modderen. Dat kan hij niet aanzien en zo geschiedde dat we afgelopen week zwetend in de drukkende warmte aan het werk togen. Wat fijn dat we nog balken uit een oud huis hadden liggen want die dienen perfect voor de palen. Nog wat oude planken en stukken hout van de verpakking van ons huis en daar staat een “tweede leven” hek. Het resultaat is best leuk al zeg ik het zelf. Ik houd wel van een mooi hekwerkje. Aan de weide kant zit toch een elektrisch draadje. Anders eten de ezels in een paar dagen door het hout heen.
.
Door alle regen die steeds maar valt is het lastig om lekker te gaan fietsen. Wat dat betreft zijn we echt van suiker. Het moet wel leuk blijven. En trouwens je picknickbroodje zou maar klef worden ook. Maar zoals ik boven al schreef kwamen er net een paar zonnige dagen aan. Hup meteen zomer natuurlijk. En benauwd warm dus voortdurend onweerskansen. Maar goed om te fietsen. Theo was al een paar dagen met de routevoorbereiding bezig geweest. En ook aan de mentale voorbereiding lag het niet. We gaan wel vaker bij St. Girons fietsen. Niet alleen omdat het daar zo prachtig is maar ook omdat we dan eerst koffie drinken in een café aan het water en daarna op de markt een gebraden boeren kipje meenemen voor onderweg. Dat ging natuurlijk allemaal prima. Met de kip en een broodje en wat fruit gingen we vervolgens in de bus naar de startplek. So far so good. We halen de fietsen uit de bus. We zijn niks vergeten. Kip in de fietstas, routebeschrijving op de telefoon op het stuur en de camera’s in de aanslag. Ik controleer nog even mijn voorband. Hmmmm, toch een tikje aan de zachte kant. Niet ernstig maar een beetje lucht erbij kan geen kwaad. Dus het fietspompje in de aanslag en het ventieltje wat open gedraaid. Pssssssssssssst… daar ging de overgebleven lucht en toen bleek het pompje niet te werken. Dat lag niet aan het pompje maar aan het ontbreken van een ventielnippeltje. Kutjes! De stemming daalde heel snel naar teleurstelling, boosheid en schuldgevoel. Het enige dat er op zat, was alles weer in te laden en op zoek te gaan naar een fietsenzaak of sportwinkel. Dus weer terug naar St. Girons. Daar hadden we echt geen zin in maar geen keus. Na drie kilometer zie ik een wielrennertje voor ons rijden. Normaal ben ik niet zo snel met verbanden leggen maar nu ging de informatie vanuit mijn ruggengraat rechtstreeks naar mijn mond: we stoppen die man op de fiets en vragen of hij een pompje heeft! Theo twijfelt. Best een beetje raar. Maar ik dring aan. Als in een film scheuren we de man voorbij en iets verderop gooi ik de deur van de rijdende bus open, ren er uit en nog voor de bus stilstaat trek ik de man van zijn fiets. Die is zo onthutst dat hij ervan stottert. Het schuim van het harde fietsen staat in zijn mondhoeken. Zo zat hij nog in de zone te stampen, half meditatief in zijn eigen wereldje. De rest van de wereld bestond niet meer. De langsrazende auto’s deerden hem niet en ineens staat hij naast twee grote buitenlandse gevaarten die hem vragen om zijn pomp of zijn leven. Ons huwelijk hing ervan af want de spanning van de teleurstelling was te snijden. Bibberend kwam de man bij zijn positieven en hakkelend peuterde hij een pompje, schijnbaar identiek aan de onze, van zijn frame. Dit zou moeten werken hoewel hij het zelf nog nooit geprobeerd had. De geluksvogel had onderweg nog nooit een lekke band gehad. Na even pielen bleek dit pompje een extra rubbertje te hebben waardoor het ventiel er mooi strak in viel. En zo, gewoon via de zijdeur pompte Theo zijn arm lam en het wonder geschiedde. Het werkte! Na hem uitvoerig bedankt te hebben voor het redden van ons huwelijk, klauterde de wielrenner weer op de pedalen en moest weer helemaal terug de zone in komen want het ging meteen berg op. Hopelijk bleef hij met een goed gevoel over een vriendelijke daad zitten maar het kan net zo goed zijn dat hij foeterend over die domme mensen met elektrische fietsen huiswaarts keerde en daar de rest van de dag sjachrijnig bleef.
Wij reden snel de drie km weer terug naar de beginplek en begonnen aan een fantastische tocht door de heuvels. We vonden een super picknick plek en genoten met volle teugen. De kip heeft het niet overleefd. Terug te zien op YouTube. Ga dan zoeken in de zoekbalk naar “Dorine en Theo”, klik op onze foto en ga naar de laatste opname.

3 gedachten over “96 – Hekjes en Pompjes

  1. Oh, maar dat is een fraai hekkie hoor. En je kunt er zo mooi allerlei gereedschappen tegenaan zetten. Een schop, een greep en ga maar door. Dat staat echt actief.
    En dan dat hilarische pompje. Wat een geweldig verhaal nu weer. Arme wielrenner.
    Groetjes en liefs Jouke 💋

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *