– Auw auw auwww! Loeide Paquito plotseling op een warme namiddag.
Alle dieren waren net met iets anders bezig en omdat er niemand reageerde riep Paquito nog maar eens van:
– Auw auw auwww!
Pucks de poes hoorde heel in de verte een beetje gejammer.
– Het zal wel weer niks zijn zoals gewoonlijk. Maar na het geluid een tijdje aangehoord te hebben, werd ze ongerust en spoedde zich naar de plek des onheils.
Paquito lag met een verwrongen gezicht te kermen van de pijn.
– Auw auw auwww! Ik heb in een beest gestaan! En ik ben allergisch! Ik ga dooood!
– Kom, kom, suste Pucks, zo’n vaart zal het toch wel niet lopen. We moeten handelen maar hoe ook alweer? Pucks zette zich een stukje verderop boven op een grote steen om goed na te kunnen denken. Om zich tegen het gekerm van Paquito te beschermen stak ze haar pootjes in haar oren. Zo kon ze zichzelf beter horen nadenken.
– Ik weet het zei ze na een tijdje. Je bent in een insect gestapt.
Paquito veerde op.
– Dat weet ik ook wel. Maar ik ben allergisch voor insecten, ik ga dooood!
– Nee, voorlopig nog niet, dat duurt nog even. Voor die tijd moet ik goed nadenken over een behandeling. En weer zette ze zich op de steen met haar pootjes in haar oren. Ze hoorde alle moeilijke woorden door haar hoofd heen zoemen, tot ze het juiste woord gevonden had.
– Uitzuigen! Ik moet je hoef uitzuigen. Anders gaat het gif naar binnen. Dat mag niet.
– Begin dan nu meteen kermde Paquito. Alsjeblieft ik ga dooood!
– Ja ho eens even, je hebt hele vieze voeten. Je denkt toch niet dat ik daar op ga zuigen? Ze moeten eerst een beetje schoon gemaakt worden hoor.
Vlug veegde Paquito de ergste modder van zijn hoefjes.
– Zo goed?
Pucks keek een beetje viezig en keurde de hoefjes uiteindelijk af.
– Ze moeten ontsmet worden. Ze liep weg en gewapend met een emmer, een borstel, een stuk zeep en een handdoek kwam ze even later weer terug. Ze begon verwoed te boenen, tot Paquito’s hoeven glommen als spiegels.
– Als ik dan toch bezig ben kan ik je net zo goed helemaal wassen want je ziet er niet uit. Waar heb je nu weer in liggen rollebollen?
– Ik weet het niet, gewoon ergens op de grond geloof ik stamelde Paquito en daarna moest hij niezen van de zeep in zijn neus. Pas toen Paquito aan alle kanten glom en glansde, wilde Pucks wel weer verder.
– Wat deden we ook alweer? Vroeg ze want door al dat boenen was ze dat een beetje vergeten.
– Ik ga dooood! Herinnerde Paquito haar aan het vreselijk feit dat er iets was gebeurd dat te vies voor daden was.
– O ja, ik weet het weer, je was in een insect gestapt. We moeten het gif er uit zuigen.
Pucks krabbelde zich eens achter haar oren.
– Ik pas er niet om peinsde ze, mijn mond is te klein. We moeten iemand anders roepen. Paquito durfde bijna niet meer te kermen.
Indy de kip pikte eens aan zijn hoefje.
– Als er niks uitsteekt, heb je niks aan mij kakelde ze maar ze vond evengoed wel dat Paquito er schitterend uit zag.
– Nu wil ik nog wel weer eens van vacht ruilen hoor!
Dapper het konijn knabbelde een beetje aan Paquito’s tenen maar dat werkte zo op zijn lachspieren dat Dapper boos vertrok.
– Zoek het zelf maar uit! Snauwde ze.
Juffrouw Bridjo vond het geheel weer erg vermakelijk.
– Je kunt helemaal niet doodgaan, zei ze heel zeker van zichzelf. Je bent nog veel te jong. En als ik heel eerlijk ben, geloof ik dat dat insect meer pijn moet hebben dan jij.
Daar keek Pucks van op en Paquito was meteen zijn pijn vergeten.
De dieren waren er stil van. Zo stil, dat ze plotseling een heel klein geluidje konden horen, dat ze daarvoor nog niet gehoord hadden.
– Auw auw auwww! Ik ga dooood!
Alle dieren kropen naar het geluid toe en daar zagen ze diep in het gras weggedoken een raar verkreukeld beestje liggen dat vast en zeker het insect moest zijn.
– Er heeft een beest op me gestaan. Ik ga dooood jammerde het.
– Kom, kom, suste Pucks, zo’n vaart zal het toch wel niet lopen. We moeten handelen maar hoe ook alweer?