Het kan je maar zo gebeuren. We fietsen nog steeds wekelijks een leuke mooie tocht door de heuvels vlak voor de Pyreneeen. Maar hoe warmer het nu wordt, hoe meer fietsers je ziet. Als een soort “Die hards” in spé hebben wij, warm aangekleed, de hele winter door gepeddeld maar nu komen we dus steeds meer fietsers tegen. Sommige ook met een beetje electrische hulp maar nog veel dappere fietskrijgers op een super licht gewicht hartstikke duur race fietsje. Die mensen kijken ons laatdunkend na. Ik snap dat wel. Ik deed dat zelf altijd vroeger met mensen die in een bloembak kanovoeren. Of die in een plastic bak over de stenen van de Ardeche of de Loire hobbelden, niet eens wetend hoe ze hun peddel vast moeten houden. Geen echte kanovaarders dus. Zo kijken die race fietsers ook naar ons. We zijn natuurlijk hartstikke nep. We krijgen vast ook ondersteuning om op die fiets blijven zitten. Maar niet elke fietser is zo. Vorige week haalden we een stel in dat we eerder al vrolijk zwaaiend voorbij zagen komen. We toeften met een leuk gangetje een heuvel over en de man bedacht zich geen seconde en sprong meteen in mijn wiel. En zo sleepten we ze nog een aardig stukje mee. Uiteindelijk moesten ze toch lossen maar leuk was het wel. We denken niet echt na over de gevaren op de weg en we hebben ook niet eerst een dokters advies ingewonnen. Of we misschien niet ergens zomaar om kunnen vallen en wie dat dan moet betalen. We gaan er van uit dat we nog in lichte mate van vrijheid kunnen doen en laten wat we willen. Maar het kan zomaar anders gaan. Een man uit Lombez zag de zon. Dacht aan zijn fiets in de schuur, checkte de harde banden en besloot een rondje te gaan touren. Fijn zo aan het begin van het seizoen. Ook leuk om later over op te scheppen: Ik heb al tig kilometer in de benen en de raceclub is nog niet eens bij elkaar gekomen. Hij dacht ik rijd eerst een stukje naar het zuiden en dan… ach weet je wat , nog een stukje erbij en voor hij het wist moest hij de hele rit nog terug rijden ook. Dat voelde toch iets minder lekker. Gelukkig wist hij nog een klein weggetje om af te steken. Daarvoor moest hij wel bij ons de 18% op en over. Had hij zijn medicijnen nog ingenomen die ochtend? Voelde hij zich vermoeid en bleef toch doortrappen? Die berg bleef maar door gaan. Na de bocht bleek het nog verder dan gedacht en het begon te voelen alsof hij tegen een muur opbeukte.
Een uurtje later kwam ik van de andere kant aan fietsen. Vlak voor ons oude huis en de afslag naar ons nieuwe huis, op de weg, vlak voor het hoogste punt, was de weg gebarrikadeerd, politie en brandweer met zwaailichten zetten alles af. Aanvankelijk dacht ik dat onze nieuwe buren weer wat uitgevreten hadden. De laatste keer dat ik politie en zwaailichten op die plek zag was met oud en nieuw een jaar geleden toen zij met de lockdown besloten een feestje voor 200 man te geven. Ik fietste dus maar snel door naar huis waar Gilbert me voor de stal opwachtte. Opgewonden sleurde hij me bijna van de fiets af. Heb je het al gehoord! Er is een fietser dood op de weg gevonden. Hartstilstand. Ze hebben ik weet niet hoe lang proberen te reanimeren maar morsdood dus. Het kan je zomaar gebeuren.
I sign up for that one. What a way to go.
Onze contactpersoon bij de garage is altijd blij geweest dat wij niet fietsten. Maar we hebben wel allebei een fiets en jawel soms gebruik ik ‘m ook. Mijn wederhelft echter niet. Mijn fiets is een ouderwetse Gazelle met terugtraprem en geen versnellingen. Heel basic maar wel met canvas fietstassen waarin een klein fietspompje en een reparatieset. Maar als ik een simpel boodschapje wil doen loop ik net zo lief. Die 18% bij jullie heeft me nooit iets gedaan, met de auto althans. Liefs maar weer 💋
Oef, dit is even een ander verhaal Dorine. De dood langs de weg zijn (gelukkig) meestal dieren. Dat vind ik altijd erg naar om te zien en ben dan ook boos op alle automobilisten in kluis mijzelf.
Dit is heftig en erg triest!