Een paar weken geleden heeft mijn buurman Gilbert een lies operatie ondergaan. Het was de gebeurtenis van de eeuw voor de buren natuurlijk. Hun geliefde zoon, rots in de branding, kostwinner voor het hele gezin moest naar de grote stad. Zondag heen, maandag geopereerd en misschien dinsdag terug. Ik geloof dat een liesbreuk operatie in Nederland een routine klus is waar je even voor komt en dan dezelfde dag weer weg. Zoek het maar uit verder. Niet hier. Hier ben je overgeleverd aan de grote zorgen van het Franse systeem. Iedereen moet er namelijk wat aan verdienen en hoe langer ze je hospitalisatie kunnen oprekken hoe beter het is. Voor een liesbreuk ben je dus drie dagen zoek misschien wel vier.
Als je koeien hebt dan kan je natuurlijk niet even weg. Die beesten moeten minstens twee keer per dag verzorgd worden en alle klussen die er omheen hangen moeten ook gedaan. Gelukkig komt een bekende dat voor ze overnemen. Wel anderhalve maand lang. Je bent tenslotte ziek of je bent het niet. Het wordt allemaal vergoed, daar ben je voor verzekerd. Gilbert was ziek! En zijn moeder van eenentachtig zal dat aan iedereen laten weten. Ach haar arme kind van 53 moet het allemaal maar ondergaan. Alle buren moeten verplicht een paar keer bellen om te horen of de operatie geslaagd is en na thuiskomst van de verloren zoon dient er een bezoek afgelegd te worden. Dat vind ik helemaal niet erg maar ik hoor voortdurend auto’s die kant op gaan dus ik stel het wat uit. We hebben genoeg aan ons hoofd hier met een aantal dingen. Maar goed na een paar dagen moet ik wel en gewapend met een doos bonbons (als je ziek bent moet je slecht maar lekker eten) kom ik weer eens aanzetten.
En hoe vind je dat hij er uit ziet? Ziet hij er niet goed uit? Marthe kan haar zoon niet genoeg aanprijzen. Ik hum wat ter bevestiging want eigenlijk heb ik geen zin om Gilbert nog verder in verlegenheid te brengen. Je kunt zien dat hij het een beetje kinderachtig vindt. Lief maar kinderachtig. Ik sla meteen spijkers met koppen met ‘m want na zo’n operatie moet je revalideren. Veel wandelen en als er iemand kan wandelen ben ik het wel. Nee, eerst moet er nog uitgeziekt worden en verbanden verwisseld en injecties tegen bloedstolling of juist voor bloedstolling gegeven worden. Allemaal flauwekul in mijn ogen maar ja, ik heb dan ook geen liesbreuk. Als ik een stijve nek heb is het huis al te klein maar voor een ander weet ik het beter.
Twee weken later is het dan eindelijk zo ver. Gilbert belt me op voor een afspraak. Dat moet raar voor hem zijn. Om over zijn eigen heuvels en dalen te gaan zwerven met de buuf op wie hij natuurlijk heimelijk verliefd is. Ik vind Gilbert ook lief maar van enige verliefdheid kan geen sprake zijn. Naast iemand die zo lief is, word ik een karikatuur van mezelf. Een vreselijke kenau, een monster, dus we houden het maar beter platonisch. Theo heeft dat waarschijnlijk ook liever.
We spreken dus af en uitgedost in wandelschoenen en een flesje water, rugzak met proviand, stafkaart van de omgeving en drie opgewonden honden tijg ik op weg naar de ontmoetingsplaats aan de weg.
Niemand
Dus ik loop maar vast de weg naar de buren op om hem tegemoet te komen en daar is ie dan. Op de gympen en riekend naar een lekker luchtje. Na het gedag zoenen wil ik er lekker de pas in zetten maar meteen loop ik twintig meter voorop. We moeten slenteren. En nee, we doen gewoon een rondje om de heuvel en dan snel weer naar huis. Het wordt heel genoeglijk en stiekemweg kan ik hem nog motiveren om er een paar honderd meter aan vast te plakken. En dan met drie zanderige honden met modderpoten de boerderij in voor een kop koffie en nog een. De kop is er af en we spreken weer af voor overmorgen.
15-09-2009