– Ik ben mijn maatje kwijt. Ik weet niet waar hij is. Juffrouw Bridjo kwam aangelopen, driftig om zich heen kijkend.
– Gisteren was hij er nog en vanmorgen en vanmiddag ook nog. We hebben samen een wandeling gemaakt en achter een vogel aangerend. In de verte zagen we een paar andere honden en nu is hij weg. Ik snap er niks van. Voorzichtig glinsterden er een paar tranen aan de lange wimpers van juffrouw Bridjo.
Paquito had net een lange wandeling over het veld gemaakt en was nog warm en bezweet en hijgde nog een beetje na.
– O juffrouw Bridjo, dat is niet leuk. Wat zijn dat eigenlijk: honden?
– Dat zijn van die blafbeesten met grote tanden en zwaaiende staarten. Heel eng zijn ze. Ik hoor daar niet blij gelukkig.
Paquito bekeek aandachtig juffrouw Bridjo’s staart en tanden maar omdat ze niet blafte kon ze duidelijk geen blafdinges zijn. Bovendien hadden die blafdingen haar vriend meegenomen en hoeveel van die dieren konden er nou feitelijk zijn?
Tante Noor die alles had mee geluisterd, raadde aan om te gaan zoeken. Zelf bleef ze achter om te waarschuwen als de vriend eventueel voortijdig terug zou komen. Aldus togen Paquito en juffrouw Bridjo op weg. Ze zochten overal: in greppels in struiken, in het bos in de buurt, ze zochten zelfs onder elkaars staart, echt overal. Ze riepen om het hardst van: Vriend vriend! Maar nergens een spoor, zelfs geen geurspoor.
Verdrietig kwamen de dieren weer terug bij tante Noor op de heuvel onder de boom. Daar waren Pucks, de poes en Indy de kip ook aangekomen. Dapper het konijn had niks gehoord van al het lawaai. Die was met Hummes de haas over de velden aan het rennen. Pas heel langzaam drong het tot haar door dat haar vrienden haar hulp nodig hadden.
– Als roepen niet helpt en als zoeken niet helpt dan moeten we wat anders verzinnen maar wat? Pucks de wijze poes kon dit probleem niet met haar boek vol moeilijke woorden oplossen. Maar uit haar jaszak haalde ze iets groots en ronds te voorschijn. Je kon er dwars doorheen kijken en dan zag je allemaal kleurtjes.
– Dit, zei ze gewichtig tegen de verbaasde dieren, is een kristallen bol. Hierin kan je zien wat er gaat gebeuren, maar ook wat er al gebeurd is. Soms, maar dan moet je echt heel goed kijken, kun je ook zien wat er op dit moment ergens anders gebeurt. Maar dat is niet eenvoudig. Je moet er echt goede ogen voor hebben.
De dieren hingen aan haar lippen.
– Laten we er in kijken riepen ze door elkaar. Laten we meteen beginnen!
De dieren schaarden zich om het ronde ding en keken er dwars doorheen in elkaars ogen.
– Ik zie niks, pruilde Paquito.
– Ssssht! Je moet diep nadenken en dan goed kijken. Pucks had al eens eerder in dit ding gekeken. Na een hele tijd turen, liet het ene na het andere dier het afweten. Paquito zag gewoon niks, tante Noor had oude ogen en die begonnen zo erg te tranen dat Indy de kip het ook af liet weten. Bovendien werd ze er erg moe van om haar hoofd zo scheef te houden. Dapper was weer in slaap gesukkeld van de inspanning en juffrouw Bridjo kon niet lang genoeg stil blijven zitten. Pucks hield vol. En net toen de dieren een dutje wilden gaan doen begon ze te praten
– Ik zie uw vriend lopen juffrouw Bridjo. Maar hij is niet alleen. Ik zie hem samen met een andere juffrouw. Ze lopen arm in arm. Juffrouw Bridjo schoof weer naar de bol om het met eigen ogen te zien. En na een tijdje turen zag ze het ook: haar vriend liep met een andere juffrouw door het bos. En zo te zien hadden ze het erg leuk met elkaar en waren ze veel te druk om op te merken dat de andere dieren hen zochten.
Opgelucht haalden de dieren adem. Gelukkig! Hij maakte het goed, hij was levend en niet verdwaald. Juffrouw Bridjo was de enige die niet vrolijk keek. Paquito zag dat pas na een tijdje. Terwijl iedereen van de taart smulde ter ere van de veilige vriend, zat juffrouw Bridjo stilletjes in een hoekje. Opnieuw blonken er tranen aan haar wimpers.
– Wat is er nu juffrouw Bridjo, vroeg hij. Het gaat toch goed met uw vriend? Dat krisgeval heeft het zelf gezegd.
– Ach, snufte juffrouw Bridjo. Dat weet ik wel maar ik was eigenlijk altijd stiekem een beetje verliefd op hem en nu is hij er met een ander vandoor.